Ellen (29) en Renaat (33) zijn allebei sneller op hun werk met de wagen, maar verkiezen de trein. Ellen spoort van Kortrijk naar Izegem. Renaat van Vichte naar Brussel. Ze vertellen ons over hun leven op de trein, een wereld met eigen regels en gewoontes.
Tussen de mensen
Ellen: "In je auto zit je moederziel alleen te suffen en aan te schuiven in de file. Met de trein reizen is levendiger: je zit letterlijk tussen de mensen en hoort hen praten over de actualiteit, hun leven, hun problemen … Op bepaalde reizigers let je speciaal: de mooie jongen (is hij er?), het trendy meisje (wat heeft ze nu weer aan?), de man met het boek (wat zou hij lezen?) … Ook fascinerend zijn de vaste groepjes. Op mijn lijn is er een aantal leerkrachten dat altijd samenzit. Zodra een van hen afstapt, beginnen de anderen te roddelen over die persoon. Soms reizen er ook enkele van hun leerlingen mee. Dan stappen de leerkrachten in hun leerkrachtrol en gedragen ze zich voorbeeldig. Het is gek eigenlijk … Je kent die mensen terwijl je nog nooit iets tegen hen gezegd hebt."
Renaat: "De trein is een fijne manier om afstanden te overbruggen. Je kan je krant lezen of een babbeltje maken met je treingezellen. En je moet niet in de file staan. Na 8 jaar heen en weer reizen, heb ik zonder het te beseffen een aantal gewoontes aangenomen. Als ik de avondtrein neem zit ik bijvoorbeeld altijd in dezelfde wagon, waar mijn 'treinvrienden' ook zitten. We kaarten dan. En als iemand jarig is, drinken we een glas. We ontmoeten elkaar ook naast het spoor: zo organiseren we elk jaar een etentje. Weet je, de trein is zoals het leven: ruzie, vriendschap, verliefdheid, jaloezie … Het is er allemaal."
De ongeschreven wetten
Ellen: "Toch is het ook niet altijd leuk om tussen al die mensen te zitten. Soms ploffen er mannen naast me neer die meteen alle beenruimte innemen, of die schijnen te vergeten dat ik naast hen zit en me letterlijk in de hoek drukken. Kwaad kijken, duwen om je eigen plaats terug op te eisen … niks helpt: ze bewegen voor geen meter. Nog vervelender is als ze dan ook nog eens met hun mond open in slaap vallen en beginnen te snurken. Of mannen die voor een keer de trein nemen en plots de onbedwingbare behoefte voelen om me diep in de ogen te kijken en mislukte complimenten te geven. Heel vermoeiend.
Weet je, eigenlijk zijn het vooral de eenmalige treinreizigers die ergernis kunnen opwekken. Onder de pendelaars gelden ongeschreven regels waar zij geen weet van hebben. Ze lezen bijvoorbeeld ostentatief mee in mijn Metrokrantje en tonen merkbare teleurstelling als ik de bladzijde omdraai terwijl zij het artikel nog niet uit hebben. Wel, zoiets zouden pendelaars nooit doen." <lacht>
Renaat: "Ik erger me niet vaak, maar het kan wel dat andere passagiers zich ergeren aan mij. Als ik bij mijn groepje kennissen zit, kunnen we nogal luidruchtig zijn. De meeste passagiers hebben hier begrip voor. Ze weten dat we wat druk zijn en zoeken bewust een andere wagon op waar ze rustig kunnen sporen. Maar ik moet wel zeggen dat we in het verleden al opmerkingen hebben gekregen."